Bodemdaling komt het meest voor in veengrond. Deze grond komt in het westen en noorden van Nederland veel voor. Het veen daalt en vergaat. Hierdoor zakt de bodem. Daarom moet het waterschap regelmatig de stand van het grondwater laten dalen. Dat zorgt weer voor meer daling van het veen. Dit kan leiden tot een daling van wel een centimeter per jaar.
Ook het drogen van kleigrond is een veelvoorkomende oorzaak van bodemdaling. Dit gebeurt bijvoorbeeld in de Flevopolder. Deze daling is gelukkig klein en eindigt ook na verloop van tijd.
U krijgt meestal geen vergoeding voor schade door natuurlijke oorzaken.